Het college blijft de kracht van ‘de stad’ benutten. De opbrengst uit de 'Eerste 150 dagen' bijeenkomsten heeft veel input opgeleverd om het coalitie akkoord samen met onze partners uit te voeren. Ook het proces met de stad om te komen tot de nieuwe cultuurvisie en de start van het traject om te komen tot een Omgevingsvisie zijn goed bevallen. Goed voorbeeld doet goed volgen. We zetten deze werkwijze voort en blijven continue in gesprek met inwoners, ondernemers en organisaties. Plannen vanuit de gemeente worden in samenspraak met hen gemaakt. We kiezen enkele grote dossiers en betrekken hen erbij vanaf de start.

De wensen en behoeften van onze partners zijn mede leidend voor ons handelen. We waarderen initiatieven vanuit de samenleving en kijken vooral naar de mogelijkheden om die initiatieven te faciliteren. We vormen bondgenootschappen in de stad. We gaan uitdagingen niet uit de weg en hebben vertrouwen in de toekomst.

Het college wil de komende jaren intensiever samenwerken met andere overheden. Dit gebeurt op meerdere schaalniveaus. We werken in de Zaanstreek al meer en meer samen met Oostzaan en Wormerland. Ook de samenwerking in Zaanstreek-Waterland wordt steeds sterker, ook binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Op een groter schaalniveau zijn de MRA, de Amsterdam Economic Board en de Vervoersregio Amsterdam belangrijk als partners. Uiteraard zijn er directe relaties met buurgemeente Amsterdam en de provincie Noord-Holland. Nationaal werken wij samen met de rijksoverheid, zowel direct als via de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het G40-Stedennetwerk. En als belangrijke speler in de MRA kijken we ook naar Europa, onder meer voor subsidies.